De voorbije dagen is de hetze rond het Vleeshuis jullie wellicht niet ontgaan. We hebben met het stadsbestuur middelen vrijgemaakt voor de hoogdringende restauratie van het gebouw. Bijkomend werd beslist om het pand in eerste instantie een invulling te geven als fietsenparking. En dat doet nogal wat stof opwaaien. 

Nochtans zijn er – als we weggaan van de karikaturen – goede redenen voor de vooropgestelde herbestemming. Het Vleeshuis is een overdekte markt die stamt uit de middeleeuwen. Er is geen isolatie of verwarming aanwezig. Opdelen van de majestueuze ruimte is verboden vanuit erfgoedkundig oogpunt. Het is daarom bijzonder moeilijk om een haalbare inrichting te vinden. Dat mag ook blijken uit het feit dat in al het protest geen reëel alternatief wordt genoemd. 

De invulling als fietsenstalling laat toe om met behoud van de erfgoedwaarde een zinvolle bestemming te geven aan het Vleeshuis. Er zijn geen ingrijpende werkzaamheden nodig, en de toegankelijkheid van het pand wordt gegarandeerd. Gentenaars en bezoekers zullen het indrukwekkende houten gebinte kunnen gaan bewonderen. Bovendien kan de invulling eenvoudig worden teruggedraaid – wat ook expliciet de bedoeling is wanneer na verloop van tijd een andere invulling zich zou aandienen. 

Met CD&V hebben we erop aangedrongen dat de invulling als fietsparking op een zeer kwaliteitsvolle manier gebeurt, met publiek sanitair, lockers voor wie fietskledij of bagage wil kunnen opbergen en camerabewaking. Op die manier wordt het Groot Vleeshuis opnieuw een uithangbord voor onze stad, voor fietsers én nieuwsgierige bezoekers.

  • Gebouwen & infrastructuur